Welcome to India
Blijf op de hoogte en volg Nienke
06 April 2017 | India, Delhi
Gelukkig was er iemand van het hotel die ons ophaalde (voor een keertje stond er iemand met een bordje Nienke Swankhuisen), want vanaf het moment dat je het vliegveld uitloopt is het warm (gemiddeld elke dag 39 graden op dit moment), een gekrioel van mensen en auto’s en vooral: toooooeeeet, tooooeeet en nog meer getoeter. Terwijl we in een uurtje naar het hotel rijden beseffen we langzaam dat we echt in India zijn. De vele mannen die rondlopen, op de grond zitten met een klein kraampje, rondrijden op fietsen, motors, riksja’s, tuktuks, taxi’s, auto’s, buffel en wagen, en af en toe een vrouw in kleurige kleren.
Wanneer we in het hotel zijn besluiten we om eerst te douchen nog een uurtje te slapen, want tijdens de vlucht was daar toch weinig van gekomen. Vervolgens is het tijd voor lunch, maar waar? Bij de receptie verwijzen ze ons meteen door naar het hotelrestaurant, maar daar zit niemand en we willen toch wat meer ervaren dan alleen het hotel. Om toch niet meteen op de eerste dag een voedselvergiftiging op te lopen kwamen we met behulp van wat internet recensies uit bij een klein restaurantje vlakbij. En dan: je loopt een trapje op, ziet twee tafeltjes bezet met vier mannen die curry’s eten met rijst met hun handen, je krijgt een menukaart met namen van gerechten die je allemaal niet kent en succes. Mocht je ondertussen denken, ach in India spreken ze Engels dus dan vraag je gewoon de ober voor meer uitleg, de gemiddelde persoon in Delhi spreekt Hindi en kan alleen prijzen in het Engels (150 roepie komt er zeer vloeiend uit). Dus met het beetje dat we kenden gerechten besteld en het was erg lekker. Vol van smaak door alle kruiden en specerijen. Wel nog snel een witte rijst besteld voor het pittige gerecht en een zakdoekje voor Falco, want die dook vol in de “not so spicy” curry.
Na het eten zijn we naar het station gegaan om treinkaartjes te regelen voor naar Agra (waar ik dit nu zit te typen) en de nachttrein naar Gorakphur om vanuit daar richting Nepal te reizen. Na veel wachten en formulieren invullen ging dat verder redelijk soepel. Ze hebben dan ook een speciaal kantoor voor internationale toeristen dus ze zijn wat gewend. Ondertussen was het toch tijd geworden om wat te gaan zien van Delhi. Buiten het station een taxi onderhandeld (je vraagt het aan een en er komen meteen drie anderen bij staan) en reden we, na een korte stop bij een toeristenbureau waar ze ons nog kaartjes probeerden te verkopen, naar Qutab Minar. Dit is een van de grootste minaretten uit de 12e eeuw met ook verschillende tombes. Waar wij voor de minaret kwamen bleken wij (en dan voornamelijk ik) daar ook zelf een bezienswaardigheid te zijn. Elke tien minuten waren er weer nieuwe mensen die op de foto wilden. Nu vielen we ook redelijk op, want behalve ons waren er verder geen Westerse toeristen. Maar ook bij andere bezienswaardigheden zijn we nog regelmatig op de foto gegaan, waarbij we zagen dat het andere toeristen net zo verging. Ik kan hierdoor wel nogmaals bevestigen dat ik blij ben geen beroemdheid te zijn.
Vervolgens weer terug in de taxi en door naar India Gate. Hier naartoe kreeg je een beetje het gevoel dat je over de Champs Elysee reed richting de Arc de Triomph (zie de foto’s). Om de dag af te sluiten zijn we naar Connaught Place gegaan (gebouwen die in twee grote cirkels in een soort zuilen structuur gebouwd zijn, met vele restaurants, bars en shopping winkels). Hier weer heerlijk gegeten en toen in de tuktuk richting hotel. In een halfopen karretje scheur je tussen tig van dezelfde tuktuks, fietsen en auto’s, en met een hoop getoeter kom je veilig op je bestemming aan.
Op dag twee wilden we naar de twee hoogepunten van oud Delhi: Jama Masjid (grote moskee) en het rode fort. Na een uitgebreid ontbijt (ik heb het voor de zekerheid op geroosterd brood gehouden met fruit en een mango lassi, Falco heeft alle Indiase gerechten geprobeerd) weer in een tuktuk gestapt en op naar oud Delhi. Daar bleek dat vanwege een feestdag voor hindoes het nog drukker was dan normaal, dus we stonden midden in een file van tuktuks en fietsen. Dit gaf ons wel de kans om rond te kijken naar allerlei winkeltjes en eetkraampjes met enorme pannen.
Bij de moskee moesten we onze schoenen uit en kreeg Falco een mooi rokje om zodat zijn knieën bedekt waren. De moskee had een grote buitenplaats en je kon door de gallerij lopen waar mensen aan het bidden waren. Er waren bij de moskee zowel gelovige Indiërs, Indische toeristen en buitenlandse toeristen die nog het meest opvielen door de oranje clownssloffen zodat ze niet op blote voeten liepen. Na de moskee liepen we naar het rode fort wat vijftien minuten zou zijn. Ware het niet dat je elke tien meter een tuktuk aangeboden kreeg, en een riksja gewoon naast je bleef fietsen tot je erop zou gaan.
Als je om de fortmuur heen zou lopen ben je 2,4 km verder. Binnen in het fort is eerst een soort van minibazaar waarna je uitkomt op een welkomspaleis met daaromheen een mausoleum, tuinen, hammam, moskee en een vrouwenverblijf (waar nu een museum is met airco wat een hele verademing was rond één uur ’s middags). Het museum was aardig om te zien, maar wat redelijk schokkend was, was dat er gewoon witte verf over de originele beschildering is gesmeerd. En ook bij het rode fort weer de nodige keren met mensen op de foto en op een gegeven moment zelfs omringd door een groep van 15 vrouwen op het moment dat Falco een minuut z’n handen ging wassen.
Na de lunch zijn we naar Raj Ghat geweest, de plek waar Ghandi werd gecremeerd en nu zijn herdenkingsplaats is. Behalve de gedenkplaats is eromheen een groot park waar we even op adem konden komen. Weer uitgerust gingen we door naar de tombe van Humuyun, maar niet voor we een stop maakten bij het Ghandi museum. Zeker interessant om foto’s te zien en verhalen te lezen over zijn leven en strijd, maar de bebloede gewaden van zijn moord hebben we toch maar overgeslagen. Eenmaal bij de tombe bleken er verschillende kleinere tombes te zijn, voor je uiteindelijk bij de echte uitkomt. Als je door een poort loopt moet je toch even goed kijken, want het lijkt sprekend op de afbeeldingen van de Taj Mahal, maar dan gekleurd en iets kleiner. Het is ook een van eerdere versies van mongolbouwkunst die geperfectioneerd zou worden bij het creeëren van de Taj Mahal.
En zo zijn we, na nogmaals avondeten slapen (tussen het onweer door) en ontbijt, aangekomen in de trein van Delhi naar Agra. We waren goed op tijd op het station, maar hier was toch enige verwarring over waar de trein zou gaan. Behalve de cijfers is namelijk alles in Hindi aangegeven. Maar het is gelukt en nu zitten/liggen we met z’n tweeën in een slaapcoupe met twee stapelbedden, afgescheiden van de gang met een gordijntje. In het begin voelde het ietwat claustrofobisch (ook omdat de ruiten geblindeerd zijn en je de omgeving dus door een filter ziet), maar het gaat nu goed. Gelukkig maar, want na Agra nemen we een nachttrein van ruim negen uur richting Nepal.
Liefs!
Foto's: https://goo.gl/photos/58FtxVcaWody6Z8w9
-
06 April 2017 - 13:31
Wilma:
Heerlijk om te lezen. Jammer dat je geuren van de kruiden enz. Niet kunt ruiken. Maar je leest het als een film ;D. Dank je wel voor het bericht XXX
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley